Duurovereenkomsten zijn overeenkomsten waar partijen voor een langere tijd, over en weer prestaties leveren aan elkaar. Wanneer u geen bepaling inzake opzegging heeft afgesproken en het een duurovereenkomst voor onbepaalde tijd is, is het alsnog mogelijk om de duurovereenkomst te beëindigen. Dit gaat aan de hand van de beginselen van redelijkheid en billijkheid (art. 3:12 j.o. 6:248 BW), gepaard met criteria van de Hoge Raad waaraan voldaan moet worden.

In het arrest van ECLI:NL:HR:2016:1134 is geoordeeld dat niet alleen de tekst van de uitvoeringsovereenkomst van belang is maar moet ook de Haviltex-maatstaaf worden meegenomen bij de opzegging van een duurovereenkomst. Dit houdt in dat er niet puur zuiver naar het taalgebruik gekeken moet worden van de overeenkomst, maar ook wat partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan deze bepalingen mochten toekennen en wat ze daardoor redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten.

Voor opzegging is nodig dat er sprake is van een voldoende zwaarwegende grond. Dit heeft de Hoge Raad bepaalt in 2011, waarbij er een duurovereenkomst bestond tussen een elektriciteitsbedrijf en de gemeente. De gemeente wilde hier de duurovereenkomst opzeggen om verschillende redenen en de Hoge Raad oordeelde dat dit een zwaarwegende grond was en dat de duurovereenkomst daardoor mocht worden opgezegd. Vervolgens moet worden beoordeeld wat de opzegtermijn moet zijn en of er eventueel nog schade moet worden vergoed aan de hand van de Haviltex-maatstaaf. Dit blijkt uit het volgende arrest: ECLI:NL:HR:2011:BQ9854.

#duurovereenkomst#opzeggen# ECLI:NL:HR:2011:BQ9854# ECLI:NL:HR:2016:1134